Recreatiezonering op proef
In de VeluweAgenda zit een dilemma ingebakken. De Veluwe wil aantrekkelijk zijn voor bezoekers en ze de natuur volop laten beleven en tegelijkertijd wil de Veluwe verschrikkelijk zuinig zijn op diezelfde natuur en daar past verstoring door mensen vaak niet bij. Hoe ga je om met de spanning tussen economische en ecologische belangen?
Door die spanning te erkennen en daar de beste oplossingen voor te zoeken, zeggen ze in het noordwesten van de Veluwe. Bij wijze van proef zitten daar onder leiding van het VeluweTeam provincie, de grotere terreineigenaren, gemeenten en ook de milieufederatie bij elkaar om te kijken waar in het gebied echt rust nodig is en waar de natuur het kan hebben om fietsers en wandelaars te ontvangen.

In het Boshuis te Drie laten de verschillende terreinbeheerders hun suggesties zien. Rechts op de foto Lennard Jasper.
Boswachter Lennard Jasper werkt in dat gebied voor de terreinen van Staatsbosbeheer. Hij is boswachter voor het publiek, zijn collega Florian Bijmold is bij Staatsbosbeheer actief om vooral de ecologische kwaliteiten in de gaten te houden. Lennard is enthousiast deelnemer aan de proef: “Het dilemma van de balans tussen publieksgericht en natuurgericht hebben alle terreinbeheerders. En omdat onze gebied aan elkaar liggen, is het goed dat we tot een gezamenlijke visie komen over wat nodig is.”

De aanwezigheid van boomleeuwerik en nachtzwaluw op de Veluwe volgens de gegevens van Sovon.
Woensdag 13 juni kwamen de betrokkenen bij deze pilot weer samen in Drie waar ze in het Boshuis vanuit de eigen gebieden met de eerste ideeën kwamen. Kaarten van het gebied waren gekleurd in vier kleuren die de mate van mogelijk gebruik aangeven: van helemaal afgesloten voor publiek tot goed te gebruiken voor recreanten. Tegelijkertijd laat de provincie uitzoeken wat er moet gebeuren om bepaalde vogelsoorten in omstandigheden te brengen waardoor ze het weer beter doen. Die processen sluiten zo op elkaar aan. De provincie maakt in het kader van Natura 2000 en de strenge regels die daarbij horen een ‘beheerplan’ en het onderdeel recreatieve zonering hoort daarbij.
Om het publiek mee te nemen bij dit proces, is het belangrijk dat er draagvlak is, dat de bezoekers begrijpen dat sommige natuurmaatregelen nodig zijn. Het IVN heeft de opdracht gekregen om verschillende stakeholders in het proces van relevante natuur- en gebiedskennis te voorzien, zodat zij op basis hiervan een standpunt rondom wel of geen zonering in kunnen nemen. Joline de Weerdt en Bas van Lith van het IVN gaven in Drie een presentatie over het stappenplan dat zich er vooral op richt dat deze stakeholders (onder meer colleges, raadsleden, recreatieondernemers, inwoners, gebruikers) met eigen ogen de Veluwe zien en ervaren, met zowel focus op de pracht als op de problemen. Uitgangspunt van IVN is dat zij geen standpunt innemen rondom de keuzes bij zonering, maar door betrokkenen te voorzien van relevante kennis deze beter onderbouwde beslissingen laten nemen.
Lennard: “Bij excursies confronteer je soms de bezoekers met de toestand van de natuur. Dan merk je dat mensen zich nauwelijks bewust zijn van het feit dat het op sommige vlakken niet goed gaat. Ik denk dat we door evenwichtige afspraken over welke gebieden we graag publiek hebben en gebieden waar we dieren ongestoord hun leven laten leiden, stappen kunnen zetten. We moeten daar nog veel werk in verzetten, maar dat we met zo’n brede groep aan tafel zitten en er over praten, helpt erg mee.”
Na de zomervakantie worden ook vertegenwoordigers van de recreatiesector bij de proef betrokken zodat gezamenlijk de goede balans kan worden gevonden tussen ecologie en economie.